Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 90:6-13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

6. in de morgenstond bloeit het en het schiet op,des avonds verwelkt het en het verdort.

7. Want wij vergaan door uw toorn,door uw grimmigheid worden wij verdelgd;

8. Gij stelt onze ongerechtigheden vóór U,onze heimelijke zonden in het licht van uw aanschijn.

9. Want al onze dagen gaan voorbij door uw verbolgenheid,wij voleindigen onze jaren als een gedachte.

10. De dagen onzer jaren, daarin zijn zeventig jaren,en, indien wij sterk zijn, tachtig jaren;wat daarin onze trots was, is moeite en leed,want het gaat snel voorbij, en wij vliegen heen.

11. Wie kent de sterkte van uw toorn,en uw verbolgenheid, naardat Gij te vrezen zijt?

12. Leer ons zó onze dagen tellen,dat wij een wijs hart bekomen.

13. Keer weder, o Here! Hoelang nog?en ontferm U over uw knechten.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 90