Oude Testament

Nieuwe Testament

Richters 18:1-7 BasisBijbel (BB)

1. In die tijd was er geen koning in Israël. En de stam van Dan had nog steeds geen eigen gebied [ dat groot genoeg was ], zoals de andere stammen van Israël.

2. Daarom ging deze stam op zoek naar een gebied om te veroveren. Ze stuurden vijf dappere mannen van hun stam uit Zora en Estaol op weg om het land te verkennen. Ze kwamen in de bergen van Efraïm bij het huis van Micha. Daar bleven ze slapen.

3. En het accent van de Levitische jongeman viel hun op. Ze vroegen hem: "Hoe ben jij hier gekomen? Wat doe je hier?"

4. Hij antwoordde: "Micha heeft mij gehuurd als priester."

5. Ze zeiden tegen hem: "Wil jij voor ons aan God vragen of we succes zullen hebben op deze reis?"

6. De priester antwoordde: "Jullie kunnen gerust zijn. De Heer zal jullie reis zegenen."

7. Toen gingen de vijf mannen op weg en kwamen in Laïs. En ze zagen dat de bewoners daar veilig woonden, net als de bewoners van Sidon. Ze leefden vredig en onbezorgd. Er was geen heerser die hen lastig viel. Ook woonden ze ver bij Sidon vandaan. Ze gingen met helemaal niemand om.

Lees verder hoofdstuk Richters 18