Oude Testament

Nieuwe Testament

Handelingen 5:36-41 BasisBijbel (BB)

36. Want hiervóór hadden we Teudas die beweerde dat hij iets was. Ongeveer 400 mannen sloten zich bij hem aan. Maar hij werd gedood en zijn groep viel uit elkaar.

37. Na hem hadden we Judas de Galileeër. Dat was in de tijd dat de mensen zich van de [ Romeinse ] keizer moesten laten inschrijven. Heel veel mensen sloten zich bij hem aan. Maar ook hij werd gedood en de hele groep is uit elkaar geslagen.

38. Daarom zeg ik jullie: bemoei je niet met deze mensen, maar laat hen met rust. Want als wat zij doen mensenwerk is, zal het worden vernietigd.

39. Maar als het iets van God is, zullen jullie het niet kunnen vernietigen. Het zou kunnen zijn dat jullie tegen God aan het strijden zijn."

40. En ze luisterden naar hem. Ze riepen de apostelen weer binnen en lieten hun zweepslagen geven. Toen verboden ze hun opnieuw om over Jezus te spreken. Daarna lieten ze hen gaan.

41. Ze vertrokken, blij dat ze slecht behandeld waren vanwege hun geloof in Jezus.

Lees verder hoofdstuk Handelingen 5