Oude Testament

Nieuwe Testament

Jeremia 41:10 Statenvertaling (SV1750)

En Ismael voerde het ganse overblijfsel des volks, dat te Mizpa was, gevankelijk, te weten des konings dochteren, en al het volk, die te Mizpa waren overgelaten, die Nebuzaradan, de overste der trawanten, aan Gedalia, den zoon van Ahikam, bevolen had; Ismael dan, den zoon van Nethanja, voerde ze gevankelijk weg, en toog henen, om over te gaan tot de kinderen Ammons.

Lees verder hoofdstuk Jeremia 41

Uitzicht Jeremia 41:10 in verband