Oude Testament

Nieuwe Testament

Ezechiël 20:8 Statenvertaling (SV1750)

Maar zij waren wederspannig tegen Mij, en wilden naar Mij niet horen; niemand wierp de verfoeiselen zijner ogen weg, noch verliet de drekgoden van Egypte; daarom zeide Ik, dat Ik Mijn grimmigheid over hen uitgieten zou, om Mijn toorn tegen hen te volbrengen in het midden van Egypteland.

Lees verder hoofdstuk Ezechiël 20

Uitzicht Ezechiël 20:8 in verband