24. Het zeventiende voor Josbekasa; zijn zonen en zijn broederen, twaalf.
25. Het achttiende voor Hanani; zijn zonen en zijn broederen, twaalf.
26. Het negentiende voor Mallothi; zijn zonen en zijn broederen; twaalf.
27. Het twintigste voor Eliatha; zijn zonen en zijn broederen; twaalf.
28. Het een en twintigste voor Hothir; zijn zonen en zijn broederen, twaalf.
29. Het twee en twintigste voor Giddalti; zijn zonen en zijn broederen, twaalf.
30. Het drie en twintigste voor Mahazioth; zijn zonen en zijn broederen, twaalf.
31. Het vier en twintigste voor Romamthi-ezer; zijn zonen en zijn broederen, twaalf.