Oude Testament

Nieuwe Testament

Mattheüs 9:27-30 Statenvertaling (SV1750)

27. En als Jezus van daar voortging, zijn Hem twee blinden gevolgd, roepende en zeggende: Gij Zone Davids, ontferm U onzer!

28. En als Hij in huis gekomen was, kwamen de blinden tot Hem. En Jezus zeide tot hen: Gelooft gij, dat Ik dat doen kan? Zij zeiden tot Hem: Ja, Heere!

29. Toen raakte Hij hun ogen aan, zeggende: U geschiede naar uw geloof.

30. En hun ogen zijn geopend geworden. En Jezus heeft hun zeer gestrengelijk verboden, zeggende: Ziet, dat niemand het wete.

Lees verder hoofdstuk Mattheüs 9