Oude Testament

Nieuwe Testament

Markus 6:4-8 Statenvertaling (SV1750)

4. En Jezus zeide tot hen: Een profeet is niet ongeeerd dan in zijn vaderland en onder zijn magen, en in zijn huis.

5. En Hij kon aldaar geen kracht doen; dan Hij legde weinigen zieken de handen op, en genas hen.

6. En Hij verwonderde Zich over hun ongeloof, en omging de vlekken daar rondom, lerende.

7. En Hij riep tot Zich de twaalven, en begon hen uit te zenden twee en twee, en gaf hun macht over de onreine geesten.

8. En Hij gebood hun, dat zij niets zouden nemen tot den weg, dan alleenlijk een staf, geen male, geen brood, geen geld in den gordel;

Lees verder hoofdstuk Markus 6