Oude Testament

Nieuwe Testament

Spreuken 3:28-33 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

28. Zeg niet tot uw naaste: Ga heen en kom terug,morgen zal ik geven – terwijl gij het hebt.

29. Smeed geen kwaad tegen uw naaste,terwijl hij in goed vertrouwen met u verkeert.

30. Twist niet met iemand zonder oorzaak,indien hij u geen kwaad heeft gedaan.

31. Wees niet afgunstig op een man van gewelden verkies geen enkele van zijn wegen,

32. want de Here verafschuwt de verkeerde,maar met de oprechten gaat Hij vertrouwelijk om.

33. De vloek des Heren is in het huis des goddelozen,maar de woning der rechtvaardigen zegent Hij.

Lees verder hoofdstuk Spreuken 3