Oude Testament

Nieuwe Testament

Spreuken 21:15-27 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

15. Recht doen is een vreugde voor de rechtvaardige,maar een verschrikking voor de bedrijvers van ongerechtigheid.

16. Een mens die afdwaalt van de weg van het verstand,zal tot rust komen in de vergadering der schimmen.

17. Wie van vermaak houdt, zal gebrek lijden;wie olie en wijn liefheeft, wordt niet rijk.

18. De goddeloze is een losprijs voor de rechtvaardige,en de trouweloze komt in de plaats van de oprechten.

19. Het is beter te wonen in een woestijndan met een twistzieke en gramstorige vrouw.

20. In de woning van de wijze is kostelijke voorraad en olie,maar een dwaas van een mens brengt het door.

21. Wie gerechtigheid en liefde najaagt,vindt leven, gerechtigheid en eer.

22. Een wijze beklimt een stad van heldenen werpt de sterkte waarop zij vertrouwde terneer.

23. Wie zijn mond en zijn tong bewaakt,bewaart zichzelf voor benauwdheden.

24. Een overmoedige en vermetele heet spotter,hij, die handelt in mateloze overmoed.

25. De begeerte van de luiaard brengt hem ten dode,want zijn handen weigeren te werken.

26. De begerigheid begeert de ganse dag,maar de rechtvaardige geeft en houdt niet terug.

27. Het offer der goddelozen is een gruwel,hoeveel te meer, als hij het met boze bedoeling brengt.

Lees verder hoofdstuk Spreuken 21