Oude Testament

Nieuwe Testament

Ruth 2:1-2 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Noömi nu had een bloedverwant van haar mans kant, een zeer vermogend man uit het geslacht van Elimelek, Boaz geheten.

2. En Ruth, de Moabitische, zeide tot Noömi: Laat mij naar het veld gaan en aren lezen achter hem, die mij genegen zal zijn. En zij zeide tot haar: Ga, mijn dochter.

Lees verder hoofdstuk Ruth 2