1. Voor de koorleider. Bij snarenspel. Een psalm van Asaf. Een lied.
2. God is bekend in Juda,zijn naam is groot in Israël;
3. in Salem was immers zijn tent,en op Sion zijn woning;
4. daar verbrak Hij de vurige schichten van de boog,het schild en het zwaard en de krijg. sela
5. Schitterend waart Gij, heerlijk,van het roofgebergte af;
6. de trotsen van hart werden uitgeschud,zij verzonken in slaap;niemand van de dapperen vond zijn kracht.
7. Voor uw dreigen, o God van Jakob,verzonken zo wagens als paarden in diepe slaap.