Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 34:15-23 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

15. wijk van het kwade en doe het goede,zoek de vrede en jaag die na.

16. De ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen,en zijn oren tot hun hulpgeroep;

17. het aangezicht des Heren is tegen hen die kwaad doen,om hun gedachtenis van de aarde uit te roeien.

18. Roepen zij, dan hoort de Here,en Hij redt hen uit al hun benauwdheden.

19. De Here is nabij de gebrokenen van harten Hij verlost de verslagenen van geest.

20. Talrijk zijn de rampen van de rechtvaardige,maar uit die alle redt hem de Here;

21. Hij behoedt al zijn beenderen,niet één daarvan wordt gebroken.

22. Het onheil doodt de goddeloze,en wie de rechtvaardige haten, zullen ervoor boeten.

23. De Here verlost de ziel van zijn knechten,allen die bij Hem schuilen, zullen niet boeten.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 34