Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 25:6-12 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

6. Gedenk uw barmhartigheid, Here,en uw gunstbewijzen,want die zijn van eeuwigheid;

7. gedenk niet de zonden van mijn jeugd, noch mijn overtredingen,gedenk mijner naar uw goedertierenheid,om uwer goedheid wil, Here.

8. Goed en waarachtig is de Here;daarom onderwijst Hij de zondaars aangaande de weg.

9. Ootmoedigen doet Hij wandelen in het recht,en Hij leert ootmoedigen zijn weg.

10. Alle paden des Heren zijn goedertierenheid en trouwvoor wie zijn verbond en zijn getuigenissen bewaren.

11. Om uws naams wil, Here,vergeef mij mijn ongerechtigheid, want die is groot.

12. Wie is de man die de Here vreest?Hij onderwijst hem aangaande de weg die hij moet kiezen.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 25