Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 145:1-9 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Een loflied van David.Ik zal U verhogen, mijn God, Gij Koning,ik zal uw naam prijzen voor altoos en immer;

2. te allen dage zal ik U prijzen,uw naam loven voor altoos en immer.

3. De Here is groot en zeer te prijzen,zijn grootheid is ondoorgrondelijk.

4. Geslacht aan geslacht zal uw werken roemen,zij zullen uw machtige daden verkondigen.

5. Ik zal van de heerlijke luister uwer majesteiten van uw wonderdaden gewagen.

6. Zij zullen spreken van de macht uwer geduchte daden,en uw grootheid wil ik vertellen.

7. Zij zullen de roem uwer grote goedheid verkondigen,en jubelen over uw gerechtigheid.

8. Genadig en barmhartig is de Here,lankmoedig en groot van goedertierenheid.

9. De Here is voor allen goed,en zijn barmhartigheid is over al zijn werken.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 145