Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 127:1-5 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Een bedevaartslied. Van Salomo.Als de Here het huis niet bouwt,tevergeefs zwoegen de bouwlieden daaraan;als de Here de stad niet bewaart,tevergeefs waakt de wachter.

2. Het is voor u tevergeefs, dat gij vroeg opstaat,laat opblijft, brood der smarten eet –Hij geeft het immers zijn beminden in de slaap.

3. Zie, zonen zijn een erfdeel des Heren,een beloning is de vrucht van de schoot.

4. Als pijlen in de hand van een held,zo zijn de zonen der jeugd.

5. Welzalig de man die zijn pijlkokermet deze heeft gevuld.Zij worden niet beschaamd, als zij sprekenmet de vijanden in de poort.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 127