Oude Testament

Nieuwe Testament

Numeri 15:16-24 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

16. Eénzelfde wet en éénzelfde voorschrift zal gelden zowel voor u als voor de vreemdeling die bij u vertoeft.

17. De Here nu sprak tot Mozes:

18. Spreek tot de Israëlieten en zeg tot hen: Wanneer gij komt in het land, waarheen Ik u brengen zal,

19. dan zult gij, wanneer gij van de spijs des lands eet, de Here een heffing geven.

20. De eerstelingen van uw gerstemeel zult gij, in de vorm van een koek, als heffing geven; gelijk gij een heffing geeft van uw dorsvloer, zo zult gij het als een heffing geven.

21. Van de eerstelingen van uw gerstemeel zult gij de Here een heffing geven, van geslacht tot geslacht.

22. Wanneer gij nu onopzettelijk een van deze geboden niet volbrengt, die de Here tot Mozes gesproken heeft,

23. van alles wat de Here u geboden heeft door de dienst van Mozes van die dag af, dat de Here zijn geboden gaf en daarna, van geslacht tot geslacht,

24. en wanneer het buiten weten van de vergadering onopzettelijk geschied is, dan zal de gehele vergadering een jonge stier tot een brandoffer bereiden, tot een liefelijke reuk voor de Here, met het bijbehorend spijsoffer en plengoffer volgens het voorschrift, benevens een geitebok tot een zondoffer.

Lees verder hoofdstuk Numeri 15