Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 9:24-29 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

24. De aarde is in de macht van de goddeloze gegeven,en het aangezicht van haar rechters omhult Hij;doet Hij het niet, wie dan?

25. Ja, mijn dagen gaan sneller dan een ijlbode,zij vlieden heen zonder het goede te zien.

26. Zij glijden voorbij gelijk biezen boten,als een arend, die toeschiet op de prooi.

27. Wanneer ik denk: ik wil mijn klacht vergeten,mijn gelaat veranderen en weer vrolijk worden,

28. dan ducht ik al mijn smarten;ik weet, dat Gij mij niet onschuldig zult verklaren.

29. Ik moet nu eenmaal schuldig staan;waarom zou ik mij dan tevergeefs afmatten?

Lees verder hoofdstuk Job 9