Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 31:1-5 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Ik had met mijn ogen een verbond gesloten,hoe zou ik dan een maagd hebben aangezien?

2. Want wat is het deel, door God van omhoog beschikt,het erfdeel, door de Almachtige uit den hoge bepaald?

3. Is het niet ondergang voor de verkeerdeen ongeluk voor de bedrijvers van ongerechtigheid?

4. Slaat Hij niet mijn wegen gadeen telt Hij niet al mijn schreden?

5. Indien ik ooit met leugens heb omgegaan,of mijn voet zich heeft gerept tot bedrog,

Lees verder hoofdstuk Job 31