Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 50:19-22 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

19. Maar Jozef zeide tot hen: Vreest niet, want ben ik in Gods plaats?

20. Gij hebt wel kwaad tegen mij gedacht, maar God heeft dat ten goede gedacht, ten einde te doen, zoals heden het geval is: een groot volk in het leven te behouden.

21. Vreest dus niet, ik zal u onderhouden en ook uw kinderen. Zo troostte hij hen en sprak tot hun hart.

22. En Jozef bleef in Egypte wonen, hij en zijns vaders huis; en Jozef leefde honderd en tien jaar.

Lees verder hoofdstuk Genesis 50