Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 44:27-29 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

27. Daarop zeide uw knecht, mijn vader, tot ons: Gij weet, dat mijn vrouw mij twee zonen heeft gebaard;

28. de éne is van mij weggegaan, en ik heb moeten zeggen: voorzeker is hij verscheurd, en ik heb hem tot nu toe niet weergezien.

29. En neemt gij ook deze van mij weg, en overkomt hem een ongeluk, dan zult gij mijn grijze haar met verdriet in het dodenrijk doen neerdalen.

Lees verder hoofdstuk Genesis 44