Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 10:21-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

21. En aan Sem, de vader van alle zonen van Eber, de oudere broeder van Jafet, werden eveneens (zonen) geboren.

22. De zonen van Sem waren Elam, Assur, Arpaksad, Lud en Aram.

23. En de zonen van Aram waren: Us, Chul, Geter en Mas.

24. En Arpaksad verwekte Selach, en Selach verwekte Eber.

25. En aan Eber werden twee zonen geboren; de naam van de ene was Peleg, want in zijn dagen werd de aarde verdeeld, en de naam van zijn broeder was Joktan.

26. En Joktan verwekte Almodad, Selef, Chasarmawet, Jerach,

27. Hadoram, Uzal, Dikla,

28. Obal, Abimaël, Seba,

29. Ofir, Chawila en Jobab; deze allen waren de zonen van Joktan.

30. En hun woonplaats strekte zich uit van Mesa in de richting van Sefar, het gebergte in het Oosten.

Lees verder hoofdstuk Genesis 10