Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 5:23-24 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

23. Want van het ogenblik af, dat ik bij Farao gekomen ben, om in uw naam te spreken, heeft hij dit volk slecht behandeld, en Gij hebt uw volk geenszins gered.

24. Maar de Here zeide tot Mozes: Nu zult gij zien, wat Ik aan Farao doen zal; want door een sterke hand zal hij hen laten gaan, ja door een sterke hand hen uit zijn land drijven.

Lees verder hoofdstuk Exodus 5