Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 40:8-11 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

8. Gij zult de voorhof rondom uitzetten en het gordijn voor de poort van de voorhof ophangen.

9. Dan zult gij de zalfolie nemen en de tabernakel met al wat daarin is, zalven; zo zult gij hem heiligen met al zijn gerei, en hij zal heilig zijn.

10. Ook zult gij het brandofferaltaar zalven met al zijn gerei; zo zult gij het heiligen, en het altaar zal allerheiligst zijn.

11. Ook zult gij het wasvat met zijn voetstuk zalven en het heiligen.

Lees verder hoofdstuk Exodus 40