Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 10:22-26 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

22. En Mozes strekte zijn hand uit naar de hemel, en er was gedurende drie dagen een dikke duisternis in het gehele land Egypte.

23. Gedurende drie dagen kon niemand een ander zien, noch van zijn plaats opstaan; maar alle Israëlieten hadden licht, waar zij woonden.

24. Toen ontbood Farao Mozes en zeide: Gaat, dient de Here, alleen uw kleinvee en uw runderen moeten achterblijven; ook uw kinderen mogen met u meegaan.

25. Maar Mozes zeide: Gij moet ons niet alleen slachtoffers en brandoffers ter beschikking stellen, die wij voor de Here, onze God, kunnen toebereiden,

26. maar ook moet ons vee met ons meegaan, zonder dat er een hoef ontbreekt, want daarvan zullen wij nemen om de Here, onze God, te dienen; want wij weten niet, waarmee wij de Here zullen moeten dienen vóórdat wij daar aankomen.

Lees verder hoofdstuk Exodus 10