Oude Testament

Nieuwe Testament

Amos 7:1-7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Aldus deed de Here Here mij aanschouwen: Zie, Hij was bezig sprinkhanen te vormen, toen het nagras begon op te komen. En zie, het was het nagras na de afmaaiing voor de koning.

2. En toen zij op het punt stonden het kruid des lands volledig af te vreten, zeide ik: Here Here, vergeef toch! Hoe zou Jakob staande kunnen blijven? Hij is immers klein!

3. Dit berouwde de Here. Het zal niet geschieden, zeide de Here.

4. Aldus deed de Here Here mij aanschouwen: Zie, de Here Here riep een vuur op om te straffen. Dat verteerde de grote vloed en zou ook het bouwland verteren.

5. Doch ik zeide: Here Here, houd toch op! Hoe zou Jakob staande kunnen blijven? Hij is immers klein!

6. Dit berouwde de Here. Ook dit zal niet geschieden, zeide de Here Here.

7. Aldus deed Hij mij aanschouwen: Zie, de Here stond bij een loodrechte muur, met een paslood in zijn hand.

Lees verder hoofdstuk Amos 7