Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Koningen 22:1-3 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Josia was acht jaar oud, toen hij koning werd; hij regeerde eenendertig jaar te Jeruzalem. Zijn moeder heette Jedida, een dochter van Adaja; zij was uit Boskat.

2. Hij deed wat recht is in de ogen des Heren en wandelde op al de wegen van zijn vader David; hij week niet af, rechts noch links.

3. In het achttiende jaar nu van koning Josia zond de koning de schrijver Safan, de zoon van Asaljahu, de zoon van Mesullam, naar het huis des Heren met de opdracht:

Lees verder hoofdstuk 2 Koningen 22