Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Samuël 16:5-9 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

5. En hij zeide: Ja, ik ben gekomen om de Here een slachtoffer te brengen. Heiligt u, dan moogt gij met mij aan dit offer deelnemen. En hij heiligde Isaï en zijn zonen en nodigde hen tot het offer.

6. Toen zij binnenkwamen, en hij Eliab zag, dacht hij: Zeker staat hier voor de Here zijn gezalfde.

7. Doch de Here zeide tot Samuël: Let niet op zijn voorkomen noch op zijn rijzige gestalte, want Ik heb hem verworpen. Het komt immers niet aan op wat de mens ziet; de mens toch ziet aan wat voor ogen is, maar de Here ziet het hart aan.

8. Toen riep Isaï Abinadab en liet hem aan Samuël voorbijgaan, maar hij zeide: Ook deze heeft de Here niet verkoren.

9. Daarna liet Isaï Samma aan hem voorbijgaan, maar hij zeide: Ook deze heeft de Here niet verkoren.

Lees verder hoofdstuk 1 Samuël 16