7. De zonen van Bela: Esbon, Uzzi, Uzziël, Jerimot en Iri, vijf familiehoofden, dappere krijgshelden; hun register (telde) tweeëntwintigduizend vierendertig man.
8. De zonen van Beker: Zemira, Joas, Eliëzer, Eljoënai, Omri, Jeremot, Abia, Anatot en Alemet; deze allen waren zonen van Beker;
9. hun register, naar afstamming en familiehoofden gerangschikt, telde twintigduizend tweehonderd dappere helden.
10. En de zonen van Jediaël waren: Bilhan, en de zonen van Bilhan: Jeüs, Benjamin, Ehud, Kenaäna, Zetan, Tarsis en Achisachar;
11. deze allen, zonen van Jediaël, naar hun familiehoofden gerangschikt, waren dappere krijgshelden: zeventienduizend tweehonderd, die in het leger ten strijde uittrokken.
12. En de Suppim en Chuppim waren zonen van Ir; de Chusim zonen van Acher.