22. Voorts Jokim en de mannen van Kozeba; Joas en Saraf die Moab hebben beheerst; en Jasubi-Lechem – dit zijn oude geschiedenissen.
23. Zij waren de pottenbakkers, bewoners van Netaïm en Gedera; zij woonden daar bij de koning en stonden in zijn dienst.
24. De zonen van Simeon waren: Nemuël, Jamin, Jarib, Zerach en Saul;
25. diens zoon was Sallum, diens zoon Mibsam, diens zoon Misma.