Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Kronieken 2:36-47 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

36. En Attai verwekte Natan, Natan verwekte Zabad,

37. Zabad verwekte Eflal, Eflal verwekte Obed,

38. Obed verwekte Jehu, Jehu verwekte Azarja,

39. Azarja verwekte Cheles, Cheles verwekte Elasa,

40. Elasa verwekte Sisemai, Sisemai verwekte Sallum,

41. Sallum verwekte Jekamja, Jekamja verwekte Elisama.

42. De zonen van Kaleb, de broeder van Jerachmeël, waren: Mesa, zijn eerstgeborene – dat is de vader van Zif –, en de zonen van Maresa, de vader van Hebron.

43. De zonen van Hebron: Korach, Tappuach, Rekem en Sema;

44. Sema verwekte Racham, de vader van Jorkeam, en Rekem verwekte Sammai.

45. De zoon van Sammai was Maon, en Maon was de vader van Bet-Sur.

46. Efa, de bijvrouw van Kaleb, baarde Charan, Mosa en Gazez; Charan nu verwekte Gazez.

47. De zonen van Jodai waren: Regem, Jotam, Gesan, Pelet, Efa en Saäf.

Lees verder hoofdstuk 1 Kronieken 2