Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Koningen 6:34-38 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

34. en twee deurvleugels van cypressehout, de ene deurvleugel met twee draaibare vleugelhelften en de andere deurvleugel met twee draaibare vleugelhelften.

35. En hij bracht daar cherubs, palmen en open bloemknoppen op aan en overtrok het met goud, dun uitgeslagen over het graveerwerk.

36. Hij ommuurde de binnenste voorhof met drie rijen gehouwen stenen en één rij gehouwen cederen balken.

37. In het vierde jaar werd het huis des Heren gegrondvest, in de maand Ziw,

38. en in het elfde jaar, in de maand Bul, dat is de achtste maand, was het huis in al zijn onderdelen en geheel volgens bestek voltooid; hij bouwde het dus in zeven jaar.

Lees verder hoofdstuk 1 Koningen 6