Oude Testament

Nieuwe Testament

Openbaring 8:6-12 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

6. En de zeven engelen, die de zeven bazuinen hadden, maakten zich gereed om te bazuinen.

7. En de eerste blies de bazuin, en er kwam hagel en vuur, vermengd met bloed, en het werd op de aarde geworpen; en het derde deel van de aarde verbrandde en het derde deel van de bomen verbrandde en al het groene gras verbrandde.

8. En de tweede engel blies de bazuin, en er werd iets als een grote berg, brandend van vuur, in de zee geworpen, en het derde deel van de zee werd bloed,

9. en het derde deel van de schepselen in de zee, die leven hadden, stierf, en het derde deel van de schepen verging.

10. En de derde engel blies de bazuin, en er viel een grote ster, brandend als een fakkel, uit de hemel, en zij viel op het derde deel der rivieren en op de bronnen der wateren.

11. En de naam der ster wordt genoemd Alsem. En het derde deel der wateren werd alsem en vele van de mensen stierven van het water, omdat het bitter geworden was.

12. En de vierde engel blies de bazuin, en het derde deel van de zon werd getroffen en het derde deel van de maan en het derde deel van de sterren, zodat het derde deel daarvan verduisterd werd, en de dag voor het derde deel geen licht had en de nacht desgelijks.

Lees verder hoofdstuk Openbaring 8