Oude Testament

Nieuwe Testament

Openbaring 13:8-12 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

8. En allen, die op de aarde wonen, zullen het (beest) aanbidden, ieder, wiens naam niet geschreven is in het boek des levens van het Lam, dat geslacht is, sedert de grondlegging der wereld.

9. Indien iemand een oor heeft, hij hore.

10. Indien iemand in gevangenschap voert, dan gaat hij in gevangenschap; indien iemand met het zwaard zal doden, dan moet hij zelf met het zwaard gedood worden.Hier blijkt de volharding en het geloof der heiligen.

11. En ik zag een ander beest opkomen uit de aarde en het had twee horens als die van het Lam, en het sprak als de draak.

12. En het oefent al de macht van het eerste beest voor diens ogen uit. En het bewerkt, dat de aarde en zij, die daarop wonen, het eerste beest zullen aanbidden, welks dodelijke wond genezen was.

Lees verder hoofdstuk Openbaring 13