Oude Testament

Nieuwe Testament

Matteüs 24:16-31 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

16. vluchten naar de bergen.

17. Wie op het dak is, ga niet naar beneden om zijn huisraad mede te nemen, en wie in het veld is,

18. kere niet terug om zijn kleed mede te nemen.

19. Wee de zwangeren en de zogenden in die dagen.

20. Bidt, dat uw vlucht niet in de winter valle en niet op een sabbat.

21. Want er zal dan een grote verdrukking zijn, zoals er niet geweest is van het begin der wereld tot nu toe en ook nooit meer wezen zal.

22. En indien die dagen niet ingekort werden, zou geen vlees behouden worden; doch ter wille van de uitverkorenen zullen die dagen worden ingekort.

23. Indien dan iemand tot u zegt: Zie, hier is de Christus, of: Hier, gelooft het niet.

24. Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen doen, zodat zij, ware het mogelijk, ook de uitverkorenen zouden verleiden.

25. Zie, Ik heb het u voorzegd.

26. Indien men dan tot u zegt: Zie, Hij is in de woestijn, gaat er niet heen; zie, Hij is in de binnenkamer, gelooft het niet.

27. Want gelijk de bliksem komt van het oosten en licht tot het westen, zo zal de komst van de Zoon des mensen zijn.

28. Waar het aas is, daar zullen de gieren zich verzamelen.

29. Terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden en de maan zal haar glans niet geven en de sterren zullen van de hemel vallen en de machten der hemelen zullen wankelen.

30. En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid.

31. En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiterste der hemelen tot het andere.

Lees verder hoofdstuk Matteüs 24