Oude Testament

Nieuwe Testament

Matteüs 10:5-11 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

5. Deze twaalf heeft Jezus uitgezonden en Hij gebood hun, zeggende: Wijkt niet af op een weg naar heidenen, gaat geen stad van Samaritanen binnen;

6. begeeft u liever tot de verloren schapen van het huis Israëls.

7. Gaat en predikt en zegt: Het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen.

8. Geneest zieken, wekt doden op, reinigt melaatsen, drijft boze geesten uit. Om niet hebt gij het ontvangen, geeft het om niet.

9. Voorziet u niet van goud of zilver of koper in uw gordels,

10. van geen reiszak voor onderweg, geen twee hemden, geen sandalen, geen staf, want de arbeider is zijn voedsel waard.

11. Welke stad of welk dorp gij ook binnenkomt, onderzoekt wie het daarin waard is, en blijft daar tot uw vertrek.

Lees verder hoofdstuk Matteüs 10