Oude Testament

Nieuwe Testament

Lucas 18:36-43 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

36. Toen deze hoorde, dat er een schare voorbijging, vroeg hij, wat dit was.

37. En zij vertelden hem, dat Jezus de Nazoreeër voorbijkwam.

38. En hij riep en zeide: Jezus, Zoon van David, heb medelijden met mij!

39. En die vooraan liepen, bestraften hem, dat hij zwijgen zou. Maar hij schreeuwde des te meer: Zoon van David, heb medelijden met mij!

40. Jezus nu stond stil en liet hem bij Zich brengen. Toen hij naderbij gekomen was,

41. vroeg Hij hem: Wat wilt gij, dat Ik u doen zal? Hij zeide: Here, dat ik ziende worde!

42. En Jezus zeide tot hem: Word ziende; uw geloof heeft u behouden.

43. En terstond werd hij ziende en hij volgde Hem, God lovende. En al het volk zag het en gaf Gode lof.

Lees verder hoofdstuk Lucas 18