Oude Testament

Nieuwe Testament

Johannes 7:7-18 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

7. U kan de wereld niet haten, maar Mij haat zij, omdat Ik van haar getuig, dat haar werken boos zijn.

8. Gaat gij op naar het feest; Ik ga niet op naar dit feest, omdat mijn tijd nog niet vervuld is.

9. En nadat Hij dit tot hen gezegd had, bleef Hij in Galilea.

10. Maar toen zijn broeders opgegaan waren naar het feest, toen ging Hij zelf ook op, niet openlijk, maar als in het verborgen.

11. De Joden dan zochten Hem op het feest en zeiden: Waar is Hij?

12. En er was veel gemompel over Hem onder de scharen; sommigen zeiden: Hij is goed, anderen zeiden: Neen, maar Hij verleidt het volk.

13. Toch sprak niemand vrijuit over Hem, uit vrees voor de Joden.

14. Doch toen het feest reeds op de helft was, ging Jezus op naar de tempel en leerde.

15. De Joden dan verbaasden zich en zeiden: Hoe is deze zo geleerd zonder onderricht te hebben ontvangen?

16. Jezus antwoordde hun en zeide: Mijn leer is niet van Mij, maar van Hem, die Mij gezonden heeft;

17. indien iemand diens wil doen wil, zal hij van deze leer weten, of zij van God komt, dan of Ik uit Mijzelf spreek.

18. Wie uit zichzelf spreekt, zoekt zijn eigen eer, maar wie de eer zoekt van zijn zender, die is waar en er is geen onrecht in hem.

Lees verder hoofdstuk Johannes 7