Oude Testament

Nieuwe Testament

Johannes 5:1-9 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Daarna was er een feest der Joden en Jezus ging op naar Jeruzalem.

2. Nu is er te Jeruzalem bij de Schaapspoort een bad, dat in het Hebreeuws de bijnaam Betesda draagt, met vijf zuilengangen.

3. Daarin lag een menigte zieken, blinden, verlamden en verschrompelden, [die wachtten op de beweging van het water.

4. Want van tijd tot tijd daalde een engel des Heren neder in het bad; dan bewoog het water; wie er dan het eerst in kwam na de beweging van het water, werd gezond, wat voor ziekte hij ook had.]

5. En daar was een man, die reeds achtendertig jaar lang ziek geweest was.

6. Hem zag Jezus liggen en daar Hij wist, dat hij daar reeds lange tijd was, zeide Hij tot hem: Wilt gij gezond worden?

7. De zieke antwoordde Hem: Here, ik heb geen mens om mij, zodra er beweging komt in het water, in het bad te werpen; en terwijl ik onderweg ben, daalt een ander vóór mij af.

8. Jezus zeide tot hem: Sta op, neem uw matras op en wandel.

9. En terstond werd de man gezond en nam zijn matras op en ging zijns weegs.Nu was het sabbat op die dag.

Lees verder hoofdstuk Johannes 5