Oude Testament

Nieuwe Testament

Johannes 19:18-23 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

18. waar zij Hem kruisigden en met Hem twee anderen, aan weerszijden één, en Jezus in het midden.

19. En Pilatus liet ook een opschrift schrijven en op het kruis plaatsen; er was geschreven: Jezus, de Nazoreeër, de Koning der Joden.

20. Dit opschrift dan lazen vele der Joden, want de plaats, waar Jezus gekruisigd werd, was dicht bij de stad, en het was geschreven in het Hebreeuws, in het Latijn en in het Grieks.

21. De overpriesters der Joden dan zeiden tot Pilatus: Schrijf niet: De Koning der Joden, maar dat Hij gezegd heeft: Ik ben de Koning der Joden.

22. Pilatus antwoordde: Wat ik geschreven heb, dat heb ik geschreven.

23. Toen dan de soldaten Jezus gekruisigd hadden, namen zij zijn klederen en maakten daarvan vier delen, voor iedere soldaat één deel, en zijn onderkleed. Dit kleed nu was zonder naad, aan één stuk geweven.

Lees verder hoofdstuk Johannes 19