Oude Testament

Nieuwe Testament

Johannes 15:13-18 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

13. Niemand heeft grotere liefde, dan dat hij zijn leven inzet voor zijn vrienden.

14. Gij zijt mijn vrienden, indien gij doet, wat Ik u gebied.

15. Ik noem u niet meer slaven, want de slaaf weet niet, wat zijn heer doet; maar u heb Ik vrienden genoemd, omdat Ik alles, wat Ik van mijn Vader gehoord heb, u heb bekend gemaakt.

16. Niet gij hebt Mij, maar Ik heb u uitgekozen en u aangewezen, opdat gij zoudt heengaan en vrucht dragen en uw vrucht zou blijven, opdat de Vader u alles geve, wat gij Hem bidt in mijn naam.

17. Dit gebied Ik u, dat gij elkander liefhebt.

18. Indien de wereld u haat, weet dan, dat zij Mij eer dan u gehaat heeft.

Lees verder hoofdstuk Johannes 15