Oude Testament

Nieuwe Testament

Handelingen 14:4-11 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

4. Maar er ontstond verdeeldheid onder het volk in de stad: sommigen waren voor de Joden, anderen voor de apostelen.

5. En toen er een oploop kwam, zowel van heidenen als van Joden met hun oversten, om hen te mishandelen en te stenigen,

6. namen zij, de toestand overzien hebbende, de wijk naar de steden van Lykaonië, Lystra en Derbe en omgeving,

7. en verkondigden daar een tijd lang het evangelie.

8. En er woonde te Lystra een man, die geen macht had over zijn voeten, verlamd van de schoot zijner moeder aan, die nooit had kunnen lopen.

9. Deze man luisterde naar Paulus, wanneer hij sprak, en Paulus keek hem scherp aan en zag, dat hij geloof had om genezing te vinden,

10. en hij zeide met luider stem: Ga recht op uw voeten staan! En hij sprong overeind en liep heen en weer.

11. En toen de scharen zagen, wat Paulus gedaan had, verhieven zij hun stem en zeiden in het Lykaonisch: De goden zijn, in mensengedaante, tot ons neergedaald;

Lees verder hoofdstuk Handelingen 14