Oude Testament

Nieuwe Testament

Efeziërs 4:21-26 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

21. Gij toch hebt van Hem gehoord en zijt in Hem onderwezen, gelijk dit de waarheid is in Jezus,

22. dat gij, wat uw vroegere wandel betreft, de oude mens aflegt, die ten verderve gaat, naar zijn misleidende begeerten,

23. dat gij verjongd wordt door de geest van uw denken,

24. en de nieuwe mens aandoet, die naar (de wil van) God geschapen is in waarachtige gerechtigheid en heiligheid.

25. Legt daarom de leugen af en spreekt waarheid, ieder met zijn naaste, omdat wij leden zijn van elkander.

26. Geraakt gij in toorn, zondigt dan niet: de zon mag niet over een opwelling van uw toorn ondergaan;

Lees verder hoofdstuk Efeziërs 4