Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Korinthiërs 3:1-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Gaan wij weder onszelf aanprijzen? Of hebben wij soms, gelijk sommigen, aanbevelingsbrieven bij u of van u nodig?

2. Onze brief zijt gij, geschreven in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle mensen,

3. daar gij toont een brief van Christus te zijn, door onze dienst opgesteld, niet met inkt geschreven, maar met de Geest van de levende God, niet op tafelen van steen, maar op tafelen van vlees in de harten.

4. Zulk een vertrouwen hebben wij door Christus op God.

Lees verder hoofdstuk 2 Korinthiërs 3