Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Korinthiërs 15:4-9 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

4. en Hij is begraven en ten derden dage opgewekt, naar de Schriften,

5. en Hij is verschenen aan Kefas, daarna aan de twaalven.

6. Vervolgens is Hij verschenen aan meer dan vijfhonderd broeders tegelijk, van wie het merendeel thans nog in leven is, doch sommigen zijn ontslapen.

7. Vervolgens is Hij verschenen aan Jakobus, daarna aan al de apostelen;

8. maar het allerlaatst is Hij ook aan mij verschenen, als aan een ontijdig geborene.

9. Want ik ben de geringste der apostelen, niet waard een apostel te heten, omdat ik de gemeente Gods vervolgd heb.

Lees verder hoofdstuk 1 Korinthiërs 15