Oude Testament

Nieuwe Testament

Spreuken 31:21-31 Het Boek (HTB)

21. Zij maakt zich geen zorgen om haar gezin wanneer de winter komt, want zij heeft voor mooie en warme kleding gezorgd.

22. Zij maakt voor zichzelf prachtige tapijten en draagt kleren van fijn linnen en prachtig gekleurde stoffen.

23. Haar man is een gezien figuur op de plaatsen, waar recht wordt gesproken en is een van de leiders van het land.

24. Zij maakt linnen kleding en verkoopt die en levert gordels aan de koopman.

25. Kracht en waardigheid stralen van haar af en zij ziet elke nieuwe dag met vertrouwen tegemoet.

26. Uit haar woorden spreekt wijsheid en de wil om goed te doen.

27. Zij weet precies wat in haar huishouding gebeurt en op luiheid zul je haar niet betrappen.

28. Haar kinderen kijken tegen haar op en haar man prijst zich gelukkig en zegt:

29. ‘Er zijn veel goede vrouwen, maar jij overtreft ze allemaal!’

30. Uiterlijke schoonheid is bedrieglijk en verdwijnt, maar een vrouw die ontzag heeft voor de Here, verdient bewondering en lof.

31. Haar goede daden zullen haar eer en erkenning opleveren, zelfs van hooggeplaatste mensen.

Lees verder hoofdstuk Spreuken 31