Oude Testament

Nieuwe Testament

Spreuken 29:6-12 Het Boek (HTB)

6. Een boosdoener zit gevangen in zijn eigen kwaad, maar de rechtvaardige leeft blij en zingt van vreugde.

7. Een rechtvaardige rechter spant zich in voor de armen, de goddeloze beseft echter niet dat hij de arme moet helpen.

8. Spotters zijn een schandvlek en een gevaar voor een stad, wijze mensen weten Gods toorn echter af te wenden.

9. Het is zinloos als een verstandig mens een dwaas voor de rechter sleept. Of hij nu vriendelijk is of kwaad, de dwaas is toch niet tot rede te brengen.

10. Bloeddorstige lieden hebben een hekel aan eerlijke mensen, maar oprechten trachten hun leven te redden.

11. Een dwaas schreeuwt van woede, een verstandig mens beheerst zich en komt tot rust.

12. Een leider die naar leugens luistert, heeft goddeloze dienaars.

Lees verder hoofdstuk Spreuken 29