Oude Testament

Nieuwe Testament

Spreuken 22:13-29 Het Boek (HTB)

13. De luiaard verzint allerlei uitvluchten. ‘Ik kan niet gaan werken,’ zegt hij, ‘er loopt een leeuw buiten. Dat is mij te gevaarlijk.’

14. Vleiende woorden van een onbekende vrouw zijn als een diepe gracht, wie zich de woede van de Here op de hals haalt, valt daarin.

15. Onbezonnenheid is kenmerkend voor de jeugd, alleen straf kan iemand daarvan bevrijden.

16. Wie zichzelf verrijkt door de arme uit te buiten en gelijk een rijke geschenken geeft, zal zelf met de armoede kennismaken.

17. Luister goed naar deze wijze uitspraken en stel uw hart open voor mijn kennis en inzicht.

18. Want het is goed als u die in uw hart sluit, dan zullen ze ook uw woorden beïnvloeden.

19. Ik geef deze wijsheden aan u door, zodat u leert de Here in alles te vertrouwen.

20. Heb ik u geen hoogstaande dingen geschreven, vol wijze raad en diep inzicht?

21. Zo kunt u kennismaken met de zekerheid die de waarheid biedt, dan kunt u hen die u om raad vragen, naar waarheid antwoorden.

22. Beroof de arme niet omdat hij arm is, verpletter de noodlijdende niet voor de rechtbank.

23. Want de Here zal als hun beschermer optreden en hun berovers doden.

24. Mijd het gezelschap van een driftkop en ga niet om met een heethoofd,

25. anders loopt u het risico net zo te worden, wat u naar de ondergang voert.

26. Schaar u niet onder degenen die met een handklap te kennen geven zich garant te stellen voor schulden.

27. Want waarom het risico lopen dat de schuldeiser uw bed afneemt, omdat u niet kunt betalen?

28. Houd u aan de morele grenzen die al van oudsher gelden.

29. Kent u iemand die een goed vakman is? Hij zal succes hebben en voor koningen werken.

Lees verder hoofdstuk Spreuken 22