Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 63:1-11 Het Boek (HTB)

1. Een psalm van David, die hij schreef in de woestijn van Juda.

2. God, mijn God, ik zoek U overal,mijn hart dorst naar U.Ook mijn lichaam verlangt naar Uin dit dorre, droge land, waar geen water is.

3. Ik heb U in uw heiligdom gezien,ik zag uw kracht en majesteit.

4. Uw goedheid en trouw overtreffen het leven zelf.Ik zal met mijn mond uw naam grootmaken.

5. Mijn leven lang wil ik U prijzen,mijn handen naar U opheffen wanneer ik bid.

6. Er is niets anders waarnaar ik verlang,er komen prachtige lofliederen over mijn lippen,

7. ook 's nachts als ik wakker lig en over U nadenk.

8. Want U bent mij altijd te hulp gekomen.Ik jubel het uit vanuit de beschermde plaatswaar U mij in leven houdt.

9. Alles in mij richt zich op U.Ik kan niet zonder U,uw hand houdt mij vast.

10. Maar de mensen die op mijn ondergang uit zijn,zullen in de diepte van de aarde worden neergelaten.

11. Zij zullen omkomen door het zwaarden ten prooi vallen aan de wilde dieren.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 63