Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 140:2-13 Het Boek (HTB)

2. Here, bescherm mij tegen de misdadigersen houd mij uit de handen van hen die geweld liefhebben.

3. Zij beramen slechte plannenen zijn voortdurend uit op oorlog.

4. Hun tong is zo scherp als die van een slangen hun lippen spuwen dodelijk gif.

5. Here, bescherm mij tegen de aanvallen van de ongelovigenen houd mij uit de handen van hen die geweld liefhebben.Zij zijn van plan mij te laten struikelen.

6. Hoogmoedige mensen zetten vallen voor mij,valstrikken en netten om mij te vangen.

7. Maar ik zeg tegen de Here: ‘U bent mijn God.’ Here, luister toch naar mijn bidden en smeken.

8. Almachtige Here, U bevrijdt mij door uw kracht.U beschermt mijn leven wanneer de oorlog uitbreekt.

9. Here, voorkom dat mijn vijanden hun zin krijgen.En laat, als zij mij aanvallen, hun aanslag mislukken.

10. Het kwaad van de mensen om mij heenen de slechte dingen die zij zeggen,zullen hun zelf overkomen.

11. Laat het gloeiende kolen op hen regenen,laat hen in een vuurkuil vallen waar ze nooit meer uitkomen.

12. De roddelaar heeft geen recht van leven in dit landen ik hoop dat het ongeluk de misdadiger inhaalt.

13. Ik ben ervan overtuigd dat de Here het opneemt voor de armenen verdedigt wie het moeilijk hebben.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 140